PDD is de afkorting van Pervasive Development Disorders, in het Nederlands: pervasieve ontwikkelingsstoornis. Het is een overkoepelende naam voor stoornissen uit het autismespectrum (AS). Zowel kinderen als volwassenen met PDD-NOS (Pervasive Developmental Disorder-Not Otherwise Specified), het Syndroom van Asperger als lichte vormen van Autisme kunnen baat hebben bij Neurofeedback.
Hoewel een stoornis uit het autismespectrum (PDD) zich bij ieder kind of volwassene weer iets anders kan uiten, zijn de overeenkomsten:
- problemen in de sociale interactie; zoals sociale situaties niet goed overzien en aanvoelen, geen aansluiting vinden bij leeftijdgenoten, te weinig of juist te veel initiatief nemen tot contact;
- problemen in de verbale- of nonverbale communicatie; zoals vluchtig oogcontact maken, grapjes heel letterlijk nemen, kinderen kunnen soms ook op een heel wijze of volwassen manier praten;
- problemen met de verbeelding, rigide gedragspatronen of beperkte interesses; zoals fascinaties voor hemellichamen, autowegen en dinosaurussen, maar ook moeite hebben met veranderingen horen hierbij.
- weerstand tegen veranderingen; omdat kinderen of volwassenen met PDD sociale situaties vaak niet goed kunnen overzien en inschatten, proberen ze vaak houvast te vinden in de verwarrende wereld om hen heen. Dingen die nieuw zijn of anders dan gewend, roepen vaak angst op.
Wat Neurofeedback precies kan betekenen voor iemand met PDD hangt af van welke klachten er op de voorgrond staan. Veelal is er sprake van een verhoogd angstniveau en zal het eerste deel van de behandeling erop gericht zijn om hersengebieden en hersengolven die hieraan gerelateerd zijn te kalmeren en stabiliseren. Als de eerste stabilisatie achter de rug is, na meestal zo’n 20 sessies, wordt er aan specifiekere problemen gewerkt. Bij heel rigide gedragsproblemen of concentratieproblemen wordt er vaak meer aan de voorkant van de hersenen (frontaal) getraind, omdat daar hersenstructuren zitten die daarmee te maken hebben. Als het probleem meer gerelateerd is aan heel prikkelgevoelig zijn, kan het beter zijn om meer aan de achterkant van de hersenen te trainen (pariëtaal), omdat daar de hersenstructuren zitten die binnenkomende informatie verwerken. Gemiddeld komen kinderen of volwassenen met PDD 30-40 keer voor een behandeling Neurofeedback.
Veel kinderen of volwassenen met PDD hebben baat bij Neurofeedback omdat het hen helpt om onder andere meer ontspanning en rust te ervaren, stressvolle situaties makkelijker te hanteren en meer zelfvertrouwen te voelen. Eventuele concentratieproblemen kunnen verminderen. Ouders van kinderen met PDD melden soms ook verbeteringen in het contact en ook leerkrachten rapporteren verbeteringen in het meekomen op school.